woensdag 2 maart 2011

 JOYEUZE ENTRÉE

Hubert Damen weet als geen ander hoe je entrée maakt. Daar laat de 65-jarige acteur geen enkel misverstand over bestaan wanneer hij op 1 maart jl. rond 20.30 uur voor het eerst zijn opwachting maakt bij de Koninklijke Fanfare Kempenbloei Achel.
-
De WMC-2009-kampioenen zijn dan al zo’n half uur druk in de weer om de stormachtige eenakter ‘Ahab!’ precies zo op het repertoire te krijgen als dirigent Ivan Meylemans (46) voor de geest staat. En dat luistert ditmaal extra nauw. Want binnen deze eigentijdse vorm van muziektheater moet nu ook nog de acteur volop tot zijn recht kunnen gaan komen.
-
'Ahab!': een hoogst aktuele waarschuwing tegen fanatisme, wraaklust en haat
 -
...van de weeromstuit...
-
Via de tv was Hubert Damen 3 weken eerder voor nagenoeg de 100ste keer in zijn rol als politiecommissaris Witse als de favoriete virtuele huisvriend te gast in zo’n 1,8 miljoen Vlaamse woningen. Het zal wel toeval zijn, maar de branding van een muzikale oceaan rolt hem in elk geval denderend tegemoet op het moment dat hij, met een paar A-4tjes in de hand, in levende lijve op de drempel van het Achelse Michielshof verschijnt.
-
Hij maakt pas op de plaats, knikt minzaam naar de enkele toeschouwer die hem ontwaart en blijft vriendelijk glimlachend staan om het gebeuren eens goed in zich op te nemen. Even later heeft een van bugelistes op de eerste rij even een paar maten vrij. Ze draait onwillekeurig haar hoofd in de richting van de deur. De concentratie valt nog van haar gezicht af te lezen, maar Damen laat de kans niet voorbij gaan om haar zo charmant te begroeten, dat ze onmiddellijk van oor tot oor straalt. Van de weeromstuit stoot ze meteen haar buurvrouw aan.
-
...feest der herkenning...
-
Hubert Damen schrijdt nu twee stappen voorwaarts. In het strookje niemandsland tussen de bar en de voor driekwart complete fanfare gaat hij er, schuin achter de dirigent, nu eens echt lekker breeduit voor staan. In alle rust neemt hij de houding aan van een gladiator die zelfverzekerd de muzikale matadoren tegemoet treedt met wie hij de creatieve strijd zal aanbinden. Steeds meer muzikantenogen dwalen even weg van de partituur en binnen een paar maten klinkt ‘Ahab!’ nergens meer naar.
-
Ivan Meylemans tikt hoofdschuddend af en vraagt zich hardop af hoe het nou in hemelsnaam opeens zo fout kon gaan. Pas dan ontwaart hij vanuit zijn ooghoeken links achter zich Damen. Hij legt zijn baton neer, roept luid en blij: “Hubert!” en stapt van zijn bok. Damen galmt voluit:”Ivan!!” en loopt met wijd gespreide armen de dirigent tegemoet. Samen zetten ze in 2007 met het Emanon Ensemble al ’De Geschiedenis van de Soldaat’ van Igor Stravinsky op de planken. Hun samenwerking smaakte onmiskenbaar naar meer want de twee mannen omhelzen elkaar hartelijk als oude vrienden. De musici genieten glunderend mee van dit feest der herkenning. Het echte ’Ahab!’-werk mag nu van hen beginnen.
-
Maar eerst heeft de penningmeester nog even een paar zakelijke puntjes op de i te zetten met de acteur. Voordat ze getweeën de zaal verlaten wendt Damen zich nog een keer uitdrukkelijk tot de muzikanten. Hij heft een gebalde vuist en roept hen luidkeels toe:”Resultaat, mannen!” In afwachting van zijn terugkeer wordt de repetitie lachend hervat.
-
...rentrée...
-
Nederlandse premiére: Schouwburg Tilburg, zondag 27 maart 2011, 14:30 uur
-
De acteur maakt zijn rentrée vlak voordat bij het ingaan van de pauze bekend wordt gemaakt dat twee dames hun verjaardag vieren met een rondje voor alle aanwezigen. Blijmoedig zet Ivan Meylemans onmiddelijk zijn zoveelste hilarische variant in op ‘Lang zullen ze leven”, maar ook Hubert Damen aarzelt geen moment. Hij wurmt zich meteen dwars tussen de spelende blazers door om een van de jarige joppen omstandig driemaal op haar wangen te zoenen.
-
Van alle gezichten valt af te lezen: Kempenbloei smelt voor deze charmeur. En wat al even onmiskenbaar is: tussen al die musici voelt Damen zich als een vis in het water.
-
“Heb jij de tekst bij je? En heb je ook een kopietje voor mij?”, vraagt Meylemans. De acteur wappert bevestigend met zijn A-4-tjes en overhandigt ze aan de dirigent die zegt:”Ik heb er namelijk nog letter van gezien. Ik weet alleen dat de tekst ontleend is aan Moby Dick. Maar in de partituur staat  nergens aangegeven waar jij aan het woord komt. Dat zullen we dus nu samen maar eens uit moeten gaan zoeken”.
-
...emotionele verbinding...
-
Achtergrondinformatie leert, dat Ahab!-componist Stephen Mellilo het 'Ahab!'-libretto doelbewust los van de partituur aanreikt om daarmee dirigent en acteur tijdens de aanloop zo dicht mogelijk bij elkaar te brengen. De maker beschouwt zijn compositie in muzikaal opzicht niet als uitzonderlijk lastig, al daagt hij de musici af en toe wel stevig uit. Maar de echte moeilijkheid schuilt er volgens Mellilo vooral in, dat de muzikanten zich emotioneel zodanig met elkaar weten te verbinden dat zij als een aaneengesloten formatie de ene na de andere heftige stemmingswisseling voelbaar kunnen maken - en dat vervolgens ook de acteur zich daarin volledig weet te voegen.
-
Aan het smeden van die beoogde eensgezindheid binnen de gelederen van de fanfare wijdde Ivan Meylemans twee voorafgaande repetities. En zojuist, vóór de pauze, scherpte hij de klankkleur en de dynamiek nog aan tot het hoogst haalbare voor dat moment. Nu kan hij Hubert Damen laten horen hoe ‘Ahab!’ wat hem betreft ongeveer zal gaan klinken wanneer het in deze uitvoering op 27 maart zijn Nederlandse en op 10 april zijn Belgische premiére beleeft.
-
Terwijl Kempenbloei de geluiden van een beklemmende stilte voor de storm oproept, gevolgd door  een adembenemende confrontatie van natuurelementen in de vorm van gierende windvlagen en aanzwellende grondzeeën, buigt Hubert Damen zich over zijn tekst. Af en toe prevelt hij wat woorden die hij ondersteunt met de aanzet van een handgebaar.
-
Belgische premiére: C.C. Casino Beringen, zondag 10 april, 15:00 uur
-
...alsof Kempenbloei 2 dirigenten telt...

Dan breekt het tijdstip aan om de tweede drempel van Mellilo te nemen: de versmelting van partituur en libretto door de eenwording van orkest, dirigent en acteur. Opnieuw klinkt ‘Ahab!’, maar nu stap voor stap en begint Hubert Damen daadwerkelijk zich zijn rol eigen te maken. Hij haalt diep adem, recht zijn rug en neemt het met zijn stem op tegen de gestroomlijnde geluidswal van de veertig aanwezige blazers en acht percussionisten. Bij vlagen buldert hij het uit en op die momenten gesticuleert hij steeds heftiger en nadrukkelijker. Er begint zich een beeld af te tekenen alsof Kempenbloei 2 dirigenten telt. Tussendoor wikt en weegt hij telkens weer met Meylemans om de ogenblikken te bepalen waar de tekst het best in het muzikale verhaal past.
-
Gaandeweg delen de twee bij herhaling ook de nodige jongensachtige speldeprikken naar elkaar uit, onder meer over de verschillen tussen Antwerpse stadsfratsen en de manier van werken op het Kempense platteland. Gniffelend stellen ze daarbij het incasseringsvermogen van de ander op de proef.
-
Ook in dat opzicht blijken ze danig aan elkaar gewaagd. Aan de plaagstootjes over en weer lijken ze de extra kracht en inspiratie te ontlenen die nodig zal zijn om uiteindelijk eendrachtig de Olympus te beklimmen. De lachers krijgen ze in elk geval steeds meer op hun hand. Zo zorgt Damen voor de nodige hilariteit als hij op de bugelsectie wijst en zegt:”Nadat die trompetten met z’n allen voluit zijn gegaan, kom ik dus met deze passage”. Met een persoonlijke noot trekt hij direct iedereen weer zeer dicht naar zich toe:”Mijn vader speelde ook bugel, al heb ik hem dat zelf nooit zien doen. Ik denk dat hij zich een beetje schaamde; dat ie vond dat ie niet goed genoeg speelde”.
-
...voluit...
-
-
Prompt daarop gaat hij er weer voluit tegenaan. De Hubert Damen van Witse en die van daarnet beginnen het veld te ruimen voor de beklemmende gestalte van een steeds heftiger gebarende walvisjager die fanatiek, door onverzadigbare haat- en wraakgevoelens bezeten, alles en iedereen vervloekt en die niets en niemand ontziend zijn eigen ondergang en die van zijn metgezellen tegemoet raast.
-
Het is Ivan Meylemans nog niet stormachtig genoeg. Beschikbare windmachines worden beproefd. Hun geluid haalt het echter in de verste verte niet tegen de gecombineerde Kempenbloei-stormkracht. "Da's echt een windje van niks", stelt Meylemans vast, "hebben we niets beters in huis?" De percussiegroep haalt uit het magazijn een metershoge ijzeren stellage waar een lange, brede en dunne koperen plaat in hangt. Een van de percussionisten pakt op heuphoogte met twee handen de plaat vast en beweegt die uit volle kracht heen en weer. Het vrijwel natuurgetrouwe geluid van een donderende blikseminslag weerklinkt en galmt na.
-
...kom maar hier met dat ding...
-
Damen ziet dit als een kolfje naar zijn hand:"Kom maar hier met dat ding!" Het gevaarte wordt naar voren gesleept, de muziek wordt hervat en de acteur gaat de koperen plaat zo gedreven te lijf, dat hij die compleet uit zijn hengsels rukt en hij die nog maar net op zijn knieën kan vangen voordat het koper op de grond smakt. Het brengt de stemming er alsmaar beter in. Zonder enige twijfel overstijgt het eenwordingsproces nu al het niveau dat door Mellilo kon worden voorzien.
-
-
Wanneer de tekst het echter ook maar even toelaat, steekt de charmeur in Damen toch weer de kop op. Tijdens een onderdeel dat hij tot een ‘musical-passage’ bestempelt, komt hij te spreken over de innerlijke zoektocht naar een gelukzalig, tijdloos rustpunt in het diepst van de menselijke ziel. Die woorden richt hij met een onbeschaamde knipoog rechtstreeks tot die ene bugeliste die al eerder zo voor hem bezweek. Ook met deze puur individuele actie draagt Damen bij tot verbetering van het gezamenlijke resultaat: de Kempenbloei-bugelsectie klinkt vanaf dat moment nog zoetgevooisder dan tevoren.
-
Wanneer rond half elf de laatste klanken van ‘Ahab!’ op deze avond zachtjes wegsterven, neemt Hubert Damen met een dankbare buiging het spontane applaus van de fanfare en haar dirigent in ontvangst voor de transformatie die zich zichtbaar aan hem begon te voltrekken en die ook voor anderen voelbaar werd. 
-
...wonderlijk...
-
Op 10 april is Kempenbloei op vrijwel volle sterkte aanwezig om ‘Ahab!’ voor de tweede keer met Hubert Damen door te nemen. Bij aanvang van de repetitie is het de meeste muzikanten aan te zien dat ze al een hele dag achter de rug hebben. Ook de acteur oogt vermoeid:”Mijn agenda zit afgeladen vol en ik rij van hot naar haar”.
-
Maar ook deze avond voltrekt zich al snel het wonderlijke gebeuren dat zich op vrijwel iedere Kempenbloei-repetitie manifesteert: zo gauw het spel weer op de kar is, wordt daar binnen de kortste keren zienderogen zo’n aanstekelijke dosis nieuwe energie aan ontleend, dat ieders vermoeidheid met de muziek mee lijkt te verdwijnen. Ook Hubert Damen oogt en klinkt binnen 10 minuten na aanvang alsof hij de kracht van zijn jongere jaren weer helemaal heeft hervonden.
-
-
Zijn stem wordt nu via een geluidsinstallatie versterkt. Zelfs wanneer de fanfare met haar volume helemaal voluit gaat, torent hij daar brullend nog bovenuit. Twee uur lang wordt iedere tekstregel zorgvuldig van begin tot eind tot op de seconde nauwkeurig gepland. Daar waar het ook maar een beetje knelt, past Meylemans de fasering van de muziek zodanig aan dat elk woord van Damen volledig tot zijn recht kan komen. Passages die Damen aanvankelijk nog uitspreekt zonder muzikale begeleiding, krijgen nu een extra dimensie door spanningsverhogende achtergrondgeluiden van synthesizers en percussie die Meylemans ter plekke bedenkt en inlast.
-
In de vertolking van Hubert Damen neemt de vernietigingsdrift van ‘Ahab!’ nu steeds meeslepender vormen aan. Van de figuur van Witse valt niets meer te herkennen. De creatieve scheppingsdrang loopt merkbaar op. Gewaagd breekt Meylemans het ijs door plagerig te grappen terwijl hij een slotmaat zwaait:“Je hebt ook acteurs die de tekst uit hun hoofd kennen”. De muzikanten wachten met besmuikte lach en opgetrokken wenkbrauwen hoe Damen zich hieruit zal weten te redden. Het duurt slechts een fractie van een seconde voordat hij pareert:”Zo heb je ook dirigenten die zo groot zijn dat ze geen verhoginkje nodig hebben”. Zelf lijkt hij nog even te proeven of zijn woorden niet al te scherp zijn uitgevallen. Zowel de dirigent als de musici waarderen zijn reactie echter met bevrijdend geschater.
-
Maar even later jaagt Meyelmans de ‘Ahab!’-storm nog wat heviger aan totdat in Damen in ongekende hevigheid  het onbevangen theaterbeest herontwaakt waarmee hij in zijn pré-Witse-tijdperk zijn toeschouwers vakkundig en met bravoure van streek wist te maken.
-
...van sussen is geen sprake meer...
- 
Die kwaliteit maakte hij - buiten Witse om - in 2009 al weer opnieuw voelbaar toen hij samen met jazz-saxofonist Ben Sluijs uitpakte met een avondje Gevangenispoëzie. Damen doet daar inmiddels nog een schepje bovenop tijdens zijn succesvolle theatertoernee 'Als de dood voor het leven'. Begeleid door een 5-mans-combo zingt, zegt, fluistert en schreeuwt hij het uit; haalt hij scherp uit over liefde, vriendschap en dood, maar slaagt hij er - net als Witse - uiteindelijk weer in om de gemoederen toch weer te sussen.
-
-
Van sussen is in ‘Ahab!’ in het geheel geen sprake meer. Bij deze overstap naar een muziekformatie van 70 man biedt dit ijzingwekkende personage hem weinig houvast als het gaat om innemendheid. 'Ahab'!' werpt Hubert Damen volledig terug op de dramatische basis van zijn acteertalent. In een wereld waarin terreur aan de orde van de dag is, zetten Meylemans, Damen en Kempenbloei ‘Ahab!’ neer als een hoogst actueel teken aan de wand.
-
Dit neemt echter nog steeds niet weg: de verstokte charmeur in Damen laat het ook tijdens de 2de repetitie niet afweten. Zijn regels over de rustzoekende ziel wijdt hij nu aan de buurvrouw van de bugeliste van daarnet. Ze bloost spontaan en gelukzalig. De bugelsectie heeft geen enkele aanwijzing van Meylemans meer nodig.
-
...zeldzaam moment...
-
Bij het begin van de pauze dient zich opnieuw een jarige aan en ook nu begint Ivan Meylemans weer fris van de lever aan zijn zoveelste ‘Lang zal ze leven’-variatie. De musici hebben er zin in en kijken vol verwachting wat hen nu weer aan dynamische tempograpjes te wachten staat. Hubert Damen is niet meer te houden. Hij gaat naast Meylemans staan en zwaait er samen met hem zo lustig op los, dat de dirigent in een spontane opwelling voor een zeldzaam moment zorgt.
-
De dirigent stapt met een gulle lach van zijn bok, neemt de ander met één hand bij diens schouder en duwt hem op het verhoog terwijl hij hem met zijn andere hand het dirigeerstokje overhandigt.
-
-
Zonder aarzelen brengt Damen het eerste couplet geroutineerd tot een goed eind. Maar bij het begin van het refrein houdt hij het opeens toch maar liever voor gezien. Terwijl de fanfare het loflied op eigen kracht voltooit, stapt de acteur weer van de bok, geeft het dirigeerstokje terug aan de rechtmatige eigenaar en spoedt zich naar de jarige om ook die weer als eerste te omhelzen. De rolverdeling tussen Meyelemans en Damen tekent zich daarmee glashelder af en niet alleen voor hen beiden.
-
Aan het eind van de avond ontvangt Hubert Damen opnieuw applaus. Daarna zegt hij verstild voor zich uit:”Het vuur van het theaterbeest leeft gelukkig nog altijd in me. Als dat eenmaal dooft, hoeft het niet meer van mij”. Maar zo ver is het volgens hem bij lange na nog niet:”Het liefst zou ik met mijn tour-de-chant ook de Nederlandse podia af willen reizen. Ik werk daarin tenslotte onder meer met teksten van Ramses Shaffy en Bram Vermeulen. Toch maar eens kijken naar een agent met goeie kontakten in de nederlandse theaterwereld”.
-

Met Hubert Damen in de rol van 'Ahab!' lijkt Kempenbloei onder een beslissende stap verder te gaan in het veroveren van een groot, vast publiek. Met deze familievoorstelling kunnen ouders en kinderen niet alleen kennis maken met een vernieuwende vorm van eigentijds muziektheater op het allerhoogste niveau, maar worden jong en oud ook aan het denken gezet. 'Ahab!' is daarmee een actuele en leerzame opvolger van het muzikale sprookje 'Peter en de wolf' dat het hierna moet doen met de status van een retro-icoon.

© 23 maart 2011, rob kuil, vofpzb
-
-
Voor eerdere bestoefingen:

Geen opmerkingen:

Een reactie posten